Phaseolus vulgaris ‘Konstantin’ – Krachtige stokboon met brede, ronde peulen

De Phaseolus vulgaris Konstantin is een robuuste en hoogproductieve stokboon die geliefd is vanwege zijn lange, brede peulen en veelzijdige gebruiksmogelijkheden. Waar sommige bonen vooral geschikt zijn voor één toepassing, blinkt Konstantin uit in veelzijdigheid: hij kan jong gegeten worden als verse boon, verwerkt worden als snijboon én na volledige rijping dienen als droge boon. De gedroogde bonen hebben een opvallende bruine kleur en zijn uitstekend houdbaar. Voor moestuiniers die graag veel opbrengst halen uit een compacte teelt, is Konstantin een absolute aanrader.

Grote, draadloze peulen van hoge kwaliteit

Konstantin staat bekend om zijn forse peulen van 22–25 cm lang, breed, rond van vorm en volledig draadloos. Dat betekent dat ze hun malsheid behouden, zelfs wanneer ze groter worden. Bij jonge oogst zijn de bonen zacht van structuur, met een frisse smaak en fijne bite — ideaal voor directe bereiding in de keuken. Laat men de peulen langer hangen, dan kunnen ze uitstekend als snijboon worden gebruikt.

Wanneer de zaden volledig afrijpen, ontstaan stevige bruine droogbonen die geschikt zijn om te bewaren en later te koken. Dit maakt Konstantin tot een uitzonderlijk veelzijdige boon die zowel verse oogst als wintervoorraad kan leveren.

Sterke groeikracht en hoge productie

Een van de voornaamste kenmerken van Konstantin is zijn groeikracht. Deze stokboon klimt snel langs stokken of teeltnetten en vormt veel peulen per plant. Dit resulteert in een aanzienlijke opbrengst, zelfs op een relatief klein grondoppervlak. Voor moestuiniers met beperkte ruimte maar hoge ambities is dit ras daarom bijzonder geschikt.

Ook de lange oogstperiode draagt bij aan het hoge productieniveau: de oogst loopt van eind juli tot oktober, waardoor er meerdere weken achtereen verse bonen kunnen worden geoogst. Regelmatig plukken stimuleert nieuwe bloei, wat de opbrengst nog verder verhoogt.

Zaaien en teelt – eenvoudig maar effectief

De zaaiperiode van Konstantin loopt van half mei tot eind juni. Zodra de bodem voldoende is opgewarmd en de kans op nachtvorst voorbij is, kunnen de bonen rechtstreeks buiten worden uitgezaaid. Omdat Konstantin een stokboon is, heeft hij klimsteun nodig — een bonenstam, bamboestok of klimmende teeltconstructie werkt ideaal.

Aanbevolen zaai-instructies:

• Rijenafstand: 100 cm

• Plantafstand in de rij: 40–60 cm

• Per stok: 6–8 biologische bonenzaden

Zoals bij de meeste bonen is bemesting doorgaans niet nodig. De plant bindt stikstof uit de lucht en voedt daarmee zichzelf én de bodem. Wel is het belangrijk om wateroverlast te vermijden; te natte grond kan wortelschade veroorzaken. Wanneer de planten eenmaal groeien, helpt licht aanaarden om de wortelbasis te versterken en stabiliteit te vergroten.

Veelzijdig gebruik in de keuken

Konstantin biedt een reeks culinaire mogelijkheden:

Als jonge boon:
Zacht in smaak en uitstekend geschikt om te koken, stomen of wokken.

Als snijboon:
De brede, ronde peulen kunnen in dunne repen worden gesneden en verwerkt in stoofgerechten, roerbakschotels of zomerschotels.

Als droge boon:
Na volledige rijping kunnen de bonen worden gedroogd, gepeld en bewaard. Droogbonen zijn ideaal voor soepen, stoofpotten en als eiwitrijke vleesvervanger.

Door deze veelzijdigheid kan Konstantin het keukenjaar rond gebruikt worden — eerst vers uit de tuin, later als houdbare voorraad.